In juni 1944 begonnen de Duitsers V1 vliegende bommen te sturen om Londen te bombarderen. We noemden deze V1 ‘ s “Doodlebugs”. Een doodlebug was echt een bom met vleugels. Het zag eruit als een klein vliegtuigje en had geen piloot – een beetje als een kruisraket, maar iets groter. Duizenden van deze doodlebugs werden gelanceerd tegen Londen. Ik herinner me ze heel duidelijk. Ze maakten een geluid als een vrachtwagenmotor die erg snel ging. Ze bleven vliegen tot de brandstof op was. Toen vielen ze gewoon op de grond en ontploften. Wanneer we een doodlebug hoorden keek iedereen op en volgde het met hun ogen totdat het voorbij was gegaan waar we stonden. Als de motor stopte voordat hij bij ons kwam was dat de tijd om je zorgen te maken! Soms viel een doodlebug onmiddellijk naar de aarde en soms bleef het glijden, geleidelijk verliezen hoogte. Heel eng!In september 1944 begonnen de Duitsers V2-raketten naar Londen te sturen. De V2 was als een moderne ballistische raket. Het was veel groter dan een doodlebug en was gevaarlijker, maar het was niet zo eng als de doodlebug omdat het zo snel was dat je het nooit zag of hoorde – totdat het landde met een luide “whof” geluid. Als het op je landde, zou je het niet gehoord hebben – je zou toch dood zijn.