het gebruik van gedrags-en fysiologische indicatoren wordt aanbevolen voor de beoordeling van pijn bij non-verbale patiënten. Traumatische hersenletsel (TBI) kan leiden tot neurologische veranderingen en invloed hebben op de manier waarop patiënten reageren op pijn. Als zodanig, algemeen gebruikte indicatoren van pijn kunnen niet van toepassing zijn op TBI patiënten. Deze studie was bedoeld om de literatuur over gedrag/fysiologische indicatoren van pijn bij non-verbale TBI patiënten te herzien. Er werd een integratieve toetsingsmethode gebruikt. Medline (van 1948 tot juni 2011), Cinahl en Cochrane databases werden doorzocht met behulp van een combinatie van de termen hersenletsel, gedragsindicatoren, gedragsschaal, fysiologische indicatoren, pijn, pijnbeoordeling en pijnmeting. Alle artikelen die de mening van een expert of originele gegevens over de validiteit van gedrags-en/of fysiologische indicatoren van pijn bij TBI-patiënten rapporteerden, werden in overweging genomen. Voor elk opgenomen artikel werd de kwaliteit van de bevindingen/klinische aanbevelingen onafhankelijk beoordeeld door twee raters met behulp van Sorteer taxonomie. Acht artikelen werden herzien. Over het algemeen leken TBI-patiënten een breder scala aan gedragsreacties op pijn te vertonen dan andere volwassen populaties. Naast de vaak waargenomen grimas, agitatie en verhoogde spierspanning, toonde 14% -72% van de TBI-patiënten verhoogde wenkbrauwen, openende ogen, huilende ogen en afwezigheid van spierspanning bij blootstelling aan pijn. Deze atypische reacties bleken alleen aanwezig te zijn in de acute fase van het herstel. Net als bij andere populaties werden vitale functies geïdentificeerd als mogelijke indicatoren voor pijn bij TBI-patiënten. Verder onderzoek naar TBI-patiënten en het overwegen van veranderingen in bewustzijnsniveau, locatie/ernst van hersenletsel, en toediening van analgetisch/sedatief is nodig. Tot die tijd moeten verpleegkundigen de huidige klinische aanbevelingen volgen.