Achtergrond: Cambodja van Ang Em tot Ang DuongEdit
de grootvader van koning Norodom, koning Ang Eng, stierf begin 1797. Hij liet vier zonen na, van wie de oudste, Ang Chan, koning werd, maar omdat Chan minderjarig was na de dood van zijn vader, werd zijn kroning uitgesteld tot 1806, toen hij 16 werd. Chan ruziede met zijn overheer de koning van Siam (Thailand) en met zijn broers, en de rest van zijn regering was gevuld met oorlogen tussen Chans nieuwe overheer, de keizer van Vietnam, en de Thais, vochten grotendeels op het grondgebied van Cambodja. Chan stierf in 1834, maar de oorlogen gingen door tot 1847, toen ze eindigden met een vredesverdrag tussen Siam en Vietnam, waarbij Chans jongste broer, Ang Duong, werd erkend als koning. (De andere twee broers waren inmiddels dood). Ang Duong ‘ s regering, van 1848 (het jaar van zijn kroning, hoewel zijn regering begon in 1847 en hij de troon nog eerder had opgeëist) tot zijn dood in 1860 deed veel om het land te herstellen, dat veel had geleden in de voorgaande drie decennia.
Norodom ‘ s early lifeEdit
Norodom was de oudste zoon van Ang Duong. In 1850, hij en zijn halfbroer Prins Sisowath werden gestuurd om te studeren in Bangkok door hun vader Ang Duong, waar ze opgroeiden in de nabijheid van leden van de Siamese Koninklijke familie. In 1857 diende Norodom (Prins Phrom Borirak)in het Koninklijk Siamees leger als militair adviseur, waarvoor hij later de Orde van de Witte Olifant kreeg.In 1860, toen koning Ang Duong stierf, werd Norodom zijn opvolger, maar bleef ongekroond omdat het Koninklijk Hof van siamees weigerde de Cambodjaanse koninklijke regalia vrij te laten. Daarom kon hij niet worden gekroond als de rechtmatige opvolger.Tegelijkertijd was er een grote opstand in de provincie Kampong Cham door de Cham-minderheid. In 1861 kwam Norodom-halfbroer Sivotha in opstand en verliet Norodom de hoofdstad Oudong en vluchtte naar Bangkok. Het Siamese Hof bracht hem terug naar Phnom Penh begin 1862, en in 1863 tekende hij een verdrag met de Fransen waarbij hij zich onder Franse bescherming stelde. De Siamezen gaven uiteindelijk de koninklijke regalia terug en zijn kroning volgde in 1864.