Nicéphore Niépce, voluit Joseph-Nicéphore Niépce (Chalon-sur-Saône, 7 maart 1765—Chalon-sur-Saône, 5 juli 1833) was een Franse uitvinder die als eerste een permanent fotografisch beeld maakte.
als zoon van een rijke familie die verdacht wordt van royalistische sympathieën, vluchtte Niépce voor de Franse Revolutie, maar keerde terug om te dienen in het Franse leger onder Napoleon Bonaparte. Hij werd vanwege zijn slechte gezondheid ontslagen en vestigde zich in de buurt van zijn geboortestad Chalon-sur-Saône, waar hij de rest van zijn leven bezig bleef met onderzoek.In 1807 vonden Niépce en zijn broer Claude een verbrandingsmotor uit, die zij de Pyréolophore noemden, en verklaarden dat het woord afgeleid was van een combinatie van de Griekse woorden voor “vuur,” “wind,” en “ik produceer.”De Pyréolophore werkte aan een zuiger-en-cilinder systeem vergelijkbaar met 20ste-eeuwse benzinemotoren, en gebruikte aanvankelijk lycopodium poeder als brandstof, en Niépce beweerde het te hebben gebruikt om een boot aan te drijven.Toen lithografie in 1813 een modieuze hobby werd in Frankrijk, begon Niépce te experimenteren met de toenmalige nieuwe druktechniek. Ongeschoold in tekenen, en niet in staat om de juiste lithografische steen lokaal te verkrijgen, zocht hij een manier om automatisch beelden te leveren. Hij bedekte tin met verschillende lichtgevoelige stoffen in een poging om gesuperponeerde gravures in zonlicht te kopiëren. In April 1816 begon hij te fotograferen, wat hij Heliografie (sundrawing) noemde, met een camera. Hij registreerde een blik vanuit zijn werkkamerraam op papier gesensibiliseerd met zilverchloride, maar was slechts gedeeltelijk in staat om het beeld te repareren. Vervolgens probeerde hij verschillende soorten dragers voor het lichtgevoelige materiaal bitumen van Judea, een soort asfalt, dat verhardt bij blootstelling aan licht. Met behulp van dit materiaal slaagde hij er in 1822 in een fotokopie te verkrijgen van een gravure bovenop glas. In 1826/27 maakte hij met een camera vanuit zijn werkkamer een blik op een tinnen plaat, het eerste permanent gefixeerde beeld uit de natuur. Metaal had het voordeel onbreekbaar te zijn en was beter geschikt voor het daaropvolgende etsproces om een drukplaat te produceren, wat Niépce ‘ s uiteindelijke doel was. In 1826 had hij een andere Heliografie gemaakt, een reproductie van een gegraveerd portret, dat werd geëtst door de Parijse graveur Augustin-François Lemaître, die twee prenten haalde. Zo loste Niépce niet alleen het probleem van het reproduceren van de natuur door licht op, maar vond hij ook het eerste fotomechanische reproductieproces uit. Tijdens een bezoek aan Engeland in 1827 richtte Niépce een memorandum over zijn uitvinding aan de Royal Society in Londen, maar zijn aandringen op het geheim houden van de methode verhinderde dat de zaak onderzocht werd.